Wie tien jaar geleden tegen mij zou hebben gezegd dat mijn moeder bij ons in de achtertuin zou gaan wonen, had ik voor gek verklaard.
De keus om zelf verantwoordelijkheid te nemen voor het welzijn van mijn moeder is niet lichtvaardig genomen en het is ook vrij ongebruikelijk om iemand uit een zorginstelling te halen, maar ik werd ingehaald door de realiteit.
Na twee hersenbloedingen had mijn moeder slikproblemen, de woorden kwamen niet meer vanzelf en ze kon niet meer lopen. Voor mensen als mijn moeder is goede zorg letterlijk van levensbelang.
Mensen met slikproblemen raken bijvoorbeeld ondervoed, omdat ze te weinig eten en drinken. Wie goed van de tongriem is gesneden, kan in ieder geval nog duidelijk maken wat wenselijk is. Al is het in de reguliere zorg zeer de vraag of vervolgens met die wensen rekening wordt gehouden.
Daarnaast zorgt afhankelijkheid voor bescheidenheid en hospitalisatie.
Mijn moeder kon veel verdragen, maar ik vond het gebrek aan kwaliteit in de zorg onverdraaglijk.
Ik kon het niet aanzien en op een dag wist ik: Het is genoeg geweest.
Ik ben dichterbij mezelf gekomen
De basis van het zorgmodel dat is ontstaan in onze tuin, ligt in het verleden.
De zorg voor mijn moeder was er al toen ik klein was.
Het verleden heeft mij ingehaald en nu is die zorg er weer.
Als een klop op de deur, die ik niet kon negeren.
Door in deze fase van mijn leven zorg te dragen voor mijn moeder, ben ik dichterbij mezelf gekomen.
Een confronterend maar ook verhelderend proces, waarbij pijnlijke waarheden niet omzeild kunnen worden.
Het verleden is getekend door verlies, zowel voor mijn moeder als voor mij.
Ik ben me daar sinds enkele jaren iedere dag van bewust als ik langs het Oranjepark in Apeldoorn rijd. Meer dan 10.000 keer reed ik er zonder na te denken voorbij. Sinds mijn moeder bij ons woont, passeer ik die ene plek op de Kerklaan bewust.
Daar, bij het Oranjepark, kwam mijn zusje Gertrude in 1961 om het leven.
Vlak voor haar derde verjaardag werd zij aangereden door een auto, toen zij met haar driewielertje op weg was naar het park. Op een mooie zomerse dag uit het leven gerukt.
Drie levens voor altijd veranderd.
Dat van mijn moeder, mijn vader en de kleine Wiepke nog maar een jaar en vier maanden jong.
Meer dan 10.000 keer reed ik zonder na te denken over de Kerklaan. Zonder na te denken over dat verschrikkelijke wat daar is gebeurd en de gevolgen die het met zich meebracht.
Dat is nu anders. Zonder gevoel over de Kerklaan rijden, lukt niet meer.
Negen jaar later stierf ook mijn vader, tijdens onze herfstvakantie in Zeeland.
Ik was tien en ons gezin was gehalveerd.
De gevolgen waren enorm en bleven een leven lang voelbaar.
Zoals ik al zei: Het is genoeg geweest.
Daarom zorg ik nu voor mijn moeder.
Onder meer.